Nood aan betere bescherming van slachtoffers na arbeidsongeval

Publicatiedatum

Auteur

Sam Dewulf

Deel dit artikel

Wetsvoorstel om werknemers beter te beschermen

Na een arbeidsongeval moeten slachtoffers of hun rechthebbenden op een correcte manier vergoed worden. Dit is vandaag niet altijd zo. Er is namelijk een verschillende regeling voor gehuwden/wettelijk samenwonenden. Ook worden slachtoffers niet betrokken bij de aangifte waardoor die fouten kan bevatten. Deze elementen zorgen ervoor dat mensen niet uitbetaald worden. Bovendien zijn uitzendkrachten hier ook een kwetsbare groep, waarbij de cijfers slechts beperkt de realiteit weerspiegelen. Daarom dient Federaal Parlementslid Nathalie Muylle een wetsvoorstel in om voorgenoemde hindernissen weg te werken en werknemers beter te beschermen.

Slachtoffers beter informeren

In 2019 stierf in België elke week iemand door een arbeidsongeval op de werkplek, terwijl elke werkdag gemiddeld 45 werknemers een blijvende arbeidsongeschiktheid opliepen door een arbeidsongeval. Ook bij minder ernstige ongevallen is het cruciaal dat er dan een correcte aangifte gebeurt bij de verzekeraar om recht te hebben op een vergoeding. Vandaag krijgt het slachtoffer of diens rechthebbende echter de aangifte van het ongeval niet (onmiddellijk) te zien, wat op zich vreemd is. Bovendien zorgt dit in de praktijk vaak voor laattijdige, foute aangiftes die tot een weigering leiden. Daarom wordt in dit wetsvoorstel vastgelegd dat de slachtoffers of rechthebbenden onmiddellijk een kopie ontvangen van de aangifte wanneer de werkgever deze aan de verzekeraar bezorgt. Zo ontstaat de mogelijkheid om de aangifte nog aan te vullen of te corrigeren, waardoor de kans op een weigering door de verzekeraar om het ongeval als arbeidsongeval te erkennen, verkleint.

Wettelijk samenwonen

Weinig mensen weten dat er een specifieke definitie voor wettelijk samenwonenden bestaat binnen de arbeidsongevallenwet. Deze is anders dan de definitie die is opgenomen in het Burgerlijk Wetboek, waarin staat dat zij “gelijkgesteld worden met gehuwden wanneer zij een notariële samenlevingsovereenkomst opstellen waarin wederzijdse hulpplicht is opgenomen, die financiële gevolgen kan teweegbrengen, ook na de beëindiging van de wettelijke samenwoning.” Op die manier is het dan ook bijzonder moeilijk voor een koppel om alle juridische gevolgen, bijvoorbeeld bij een arbeidsongeval, van deze keuze correct in te schatten.

Daarom wordt voorgesteld om ‘wettelijk samenwonenden’ in de Arbeidsongevallenwet op dezelfde manier te definiëren als in het Burgerlijk Wetboek, maar de opname van een hulpplicht geen voorwaarde is om aanspraak te kunnen maken op een vergoeding bij het overlijden ten gevolge van een arbeidsongeval. De partner van de overleden werknemer wordt namelijk sowieso geconfronteerd met het verlies van het inkomen en heeft wel degelijk nood aan deze financiële compensatie. Bovendien wordt bij het bepalen van de verzekeringspremie door de verzekeraars geen rekening gehouden met de burgerlijke stand, noch met het al dan niet opnemen van een hulpplicht bij wettelijk samenwonenden. Het is dan ook niet juist daar wel rekening mee te houden bij de schadevergoedingen.

Betere screening en controle

Sinds 1985 steeg het aantal weigeringen van verzekeringsmaatschappijen om ongevallen te erkennen exponentieel: van gemiddeld 2,2% van alle aangiften naar 13,2% in 2019 . Verzekeringsondernemingen die een ongeval weigeren te erkennen als arbeidsongeval moeten dit melden aan Fedris, die dan kan beslissen om een onderzoek in te stellen. Fedris controleert echter niet alle weigeringsgevallen maar doet dat steekproefsgewijs (ongeveer 15,6% van de weigeringen). In bijna 10% van de gevallen zet deze steekproef (of de aankondiging ervan) de verzekeraar er toe aan het ongeval toch te erkennen.  Op jaarbasis betekent dat dat zo’n 1800 slachtoffers onterecht worden afgewezen.

Daarom wordt voorzien dat alle geweigerde ongevallen van de verzekeringsmaatschappijen onderzocht moeten worden door Fedris. Om deze extra kosten te dekken moet de verzekeringsmaatschappij die een ongeval weigert of oordeelt dat er twijfel bestaat over de toepassing van de wet op het ongeval een retributie van 100 euro betalen aan Fedris.

Arbeidsongevallen bij uitzendkrachten

In 2019 werden uitzendkrachten procentueel gezien dubbel zo veel slachtoffer van een dodelijk arbeidsongeval dan werknemers met een vast contract. Bovendien blijven 53% van de arbeidsongevallen bij gewone werknemers zonder gevolg terwijl dat voor uitzendkrachten slechts 35% is. Toch weerspiegelen deze cijfers slechts een deel van de realiteit. Niet alle arbeidsongevallen worden immers gemeld. Dat heeft verschillende verklaringen: angst om de job te verliezen, onduidelijke en onvoldoende informatie en het feit dat lichte ongevallen enkel moeten opgenomen worden in het EHBO-register. In vergelijking met het aantal arbeidsongevallen bij werknemers met een vast contract is de kans op een arbeidsongeval voor uitzendkrachten dubbel zo groot. Ook daarvoor zijn meerdere verklaringen: het gebrek aan ervaring op de arbeidsplaats omwille van de vaak afwisselende en kortstondige opdrachten, de vaak jonge leeftijd van uitzendkrachten, gebrekkige en wijzigende (veiligheids)instructies, onvoldoende focus op veiligheid tijdens het onthaal bij aanvang van de opdracht.

Om aan deze problematiek tegemoet te komen worden in dit wetsvoorstel drie wijzigingen opgenomen. Vooreerst moet de werkgever, naast het registreren in het EHBO-register, een afschrift van een licht ongeval aan het uitzendkantoor bezorgen om op die manier een zicht te krijgen van het aantal voorvallen. Ten tweede moet, in het verslag van een arbeidsongeval van een uitzendkracht (of een werknemer die minder dan 6 maanden in dienst is) omstandig omschreven moet worden wanneer, door wie, en op welke wijze het onthaal van de betrokken werknemer/uitzendkracht is gebeurd. Dit om te vermijden dat het onthaal van nieuwe werknemers en uitzendkrachten dode letter blijft. Tot slot wordt voorzien dat een arbeidsongeval van een uitzendkracht niet alleen door het uitzendkantoor moet aangegeven worden aan de verzekeraar, maar dat het ongeval eveneens moet opgenomen worden in de maandverslagen en in het jaarverslag van de interne dienst voor Preventie en Bescherming op het Werk van de gebruiker. Op die manier zouden betere statistieken van arbeidsongevallen van uitzendkrachten voor handen moeten zijn, waardoor ook kan ingezet worden op gerichte preventie.

Nieuws

Stad Roeselare ontvangt ruim 20 miljoen euro subsidie voor nieuwe academiesite 'AcademiePlus'

Binnen het investeringsprogramma 'Scholen van Vlaanderen' keurde de Vlaamse Regering ruim 20 miljoen euro subsidies voor Stad Roeselare goed. Met die subsidies wil de stad een nieuwe academiesite voor de huidige stedelijke academies SASK en STAP op De Spil realiseren. Het gaat in totaal over 16.650 m² bruto onderwijsoppervlakte voor zo'n 3.440 leerlingen deeltijds kunstonderwijs.

Audi Brussel - cd&v vraagt sociaal bemiddelaar

Kamerlid Nathalie Muylle (CD&V) roept ontslagnemend minister van Werk Pierre-Yves Dermagne (PS) op een sociaal bemiddelaar aan te stellen voor Audi Brussel. Nu de situatie in Vorst steeds meer op de spits wordt gedreven, moet een sociaal bemiddelaar het conflict helpen ontmijnen en naar oplossingen zoeken die het personeel zekerheid bieden.

Stad Roeselare verkoopt 'Prairie' aan Consortium Noordelijke Stationsomgeving

De Stad Roeselare verkoopt de ‘Prairie’, een deel van de projectsite aan de noordelijke stationsomgeving (NSO). De koper is het Consortium Noordelijke Stationsomgeving Roeselare, een samenwerkingsverband van Ben Woonzorgnetwerk vzw, Vincentgoed vzw, Centrum Geestelijke Gezondheidszorg Largo vzw, Centrum voor ambulante revalidatie Roeselare (CAR), Centrum voor ontwikkelingstherapie, Participo CM West-Vlaanderen vzw en Trikant vzw (CLB).